Tegenwind Blues
’n Eindeloze winter lang
Heeft-ie daar verstild gestaan
Troosteloosheid in de gang
Werkeloos en afgedaan
Maar dan komt ineens zo’n dag
Vol van vogeltjesgefluit
Dat het godzijdank weer mag
Met je fiets er weer opuit
Zoevend laat ik de pedalen
Eindeloos hun rondjes malen
Maar al bij de eerste sprint
Teistert mij de tegenwind
’t Onderstel is nog wat slap
Voor je favoriete sport
Maar met elke nieuwe trap
Voel je dat je sterker wordt
’t Duurt niet lang meer of je straalt
Van een bovenaards genot
Alles uit de kast gehaald
Fietsend als een jonge god
Zoevend laat ik de pedalen
Eindeloos hun rondjes malen
Maar, wat ik iets minder vind:
Daar is weer die tegenwind
’t Landschap vliegt aan je voorbij
Het ontgaat je allemaal
‘n Kudde schapen in een wei
Of een boomomzoomd kanaal
Dan de stilte van het duin
En de koelte van het bos
Bloemenweelde in een tuin
Nee, je gaat alleen maar los
Zoevend laat ik de pedalen
Eindeloos hun rondjes malen
Maar wat maakt het onbemind?
Altijd weer die tegenwind
Loopt het allemaal weer mis?
Sta je stijf van haat en nijd?
Eenmaal in het zadel is
Alles vlot verleden tijd
Beukend tegen een orkaan
Wordt je rotbui weggewaaid
Maar als je weer t’rug wilt gaan
Blijkt de wind te zijn gedraaid
Zoevend laat ik de pedalen
Eindeloos hun rondjes malen
Maar wat op den duur verblindt:
Steeds is daar die tegenwind
‘k Ben niet vies van tegenslag
Word je stevig van en hard
Maar het liefst niet elke dag
En niet al vanaf de start
Want als alles lekker gaat
Moeiteloos en vliegensvlug
Denk je toch met lichte haat
Aan de zware weg terug
Zoevend laat ik de pedalen
Eindeloos hun rondjes malen
Wat me toch nog steeds niet zint
Is die stomme tegenwind
©Wim van Campen/26 april 2009
[TERUG NAAR BOVEN] | [TERUG NAAR SCHRIJVEN] | [TERUG NAAR INTRO]